Uitvoering

De patiënt ligt op zijn rug op een tafel met de aangedane extremiteit aan de kant van de fysiotherapeut en heeft zijn femur lateraal gedraaid.

De patiënt voert een isometrische contractie uit in 120°, 90°, 60°, 30°, 0° met elke contractie 10 seconden aangehouden.

Wanneer de pijn geprovoceerd wordt in één van deze uitgangshoudingen beweegt de fysiotherapeut de knie weer in extensie, waarna hij de patella naar mediaal duwt.

Vervolgens wordt de knie weer naar de provocerende uitgangsbeweging terug gebracht met de patella in mediaal geduwd.

Positieve test

Wanneer de patiënt tijdens de tweede flexie beweging met de patella naar mediaal geduwd minder pijn aangeeft, is de oorsprong van de pijn patellafemoraal.